Het OCMW Brugge heeft twee voltijdse 'brugfiguren' aangeworven voor de dienst Flankerend Onderwijsbeleid, die behoort tot de stedelijke cel Lokaal Sociaal Beleid. Deze brugfiguren moeten aan alle kinderen die school lopen in de Brugse basisscholen, en voornamelijk de meer kwetsbare kinderen, maximale ontplooiingskansen bieden. Zij betrekken de ouders maximaal bij de school, zodat hun (kansarmere) kinderen zich gelukkiger voelen, ze beter kunnen leren, maar zich ook emotioneel sterker kunnen ontwikkelen.
De twee brugfiguren die net aan de slag zijn gegaan, zijn Elke Bageart (31) en Lieselotte Semaesse (25). Beiden behaalden zowel een diploma Lerarenopleiding als Sociaal werk.
“Wanneer we spreken over gelijke onderwijskansen en armoedebestrijding, meer bepaald kinderarmoede, is de school een belangrijke hefboom,” zegt schepen van Flankerend onderwijsbeleid Pablo Annys. “Alle kinderen gaan immers naar school, en de schoolomgeving maakt het mogelijk om laagdrempelige trajecten op te zetten met de kinderen, maar ook met hun ouders.”
De kinderarmoedecijfers stijgen de jongste jaren licht; net geen 10% van de kinderen in Brugge wordt geboren in een kansarm gezin. “Kwetsbare kinderen en gezinnen worden steeds meer zichtbaar op school, en de scholen vragen dan ook terecht meer ondersteuning om de problematiek van (kinder)armoede te kunnen aanpakken,” zegt Pablo Annys.
De nieuwe brugfiguren bieden hier, vanuit het idee van “flankerend onderwijsbeleid”, zeker een antwoord op. Flankerend onderwijsbeleid heeft als doel scholen te ondersteunen: niet in hun pedagogische rol, maar door ondersteunende maatregelen te nemen.
Neutrale vertrouwenspersoon
De nieuwe brugfiguren werken samen met de directies en zorgteams, en eventuele externe partners van de begeleidende scholen. Scholen die dat wensen, en zich willen engageren, krijgen ondersteuning wanneer ze het grootste percentage kwetsbare kinderen in hun school hebben ingeschreven.
“De brugfiguur is een neutrale vertrouwenspersoon, die de kloof tussen ouders en school tracht te verkleinen,” legt Chris Deloof, onderwijsdeskundige Flankerend Onderwijsbeleid, uit. “Dat houdt concreet in dat de brugfiguur onder meer een luisterend oor biedt, mee op stap gaat, helpt bij het invullen van formuleren en informatie geeft over schoolzaken, opvoeding, huiswerkondersteuningen, kinderactiviteiten enzovoort.”
De brugfiguren vervullen hun taken via contacten aan de schoolpoort, persoonlijke gesprekken op school, maar ook huisbezoeken, telefonische contacten of via e-mail.
“We vertrekken vanuit de scholen als neutrale locatie, maar de kern van onze aandacht ligt wel degelijk bij het kind binnen het gezin,” zegt Chris Deloof. “De brugfiguren zetten zich ook in voor spontane contacten tussen de school en de ouders, en stimuleren ouderparticipatie. Zo organiseren de brugfiguren op school info- en ontmoetingsmomenten en werken ze samen met de zorgteams, het CLB, de pedagogische begeleidingsdiensten en de welzijnspartners. Wanneer de brugfiguren de ouders goed op weg hebben gezet, laten zij het gezin ‘los’; hoewel ze altijd wel bereikbaar blijven, mocht dat nodig zijn.”
Er zijn nu twee brugfiguren aan de slag gegaan. In een volgende fase start er nog een derde, en zullen in totaal negen scholen bij het project “Brugfiguren” betrokken worden.